Robert M. gooit water naar rechter na veroordeling

Hoofdverdachte in de Amsterdamse zedenzaak, Robert M., heeft maandagochtend water gegooid in de richting van de rechter die het vonnis tegen hem voorlas. De rechter reageerde niet en ging door met het voorlezen van het vonnis. M. krijgt een celstraf van 18 jaar en terbeschikkingstelling (tbs) met dwangverpleging. Ook zijn man, Rochard van O., werd veroordeeld.

M. gooide het water toen de voorzitter van de meervoudige kamer inging op punten van de verdediging die volgens hen zouden moeten leiden tot strafvermindering. Volgens de advocaten zou M. minder straf moeten krijgen, onder meer omdat hij heeft meegewerkt aan het onderzoek. Maar de rechter zei dat wat M. heeft misdaan, zo zwaar is, dat dit niet zal leiden tot die strafvermindering.

Bij het uitspreken van het vonnis bleef de verdachte door de rechter heen roepen. Robert M. zei dat de rechter zijn mond moest houden. Op enig moment zei de voorzitter: "Houdt u uw mond nu?"

Het Openbaar Ministerie eiste 20 jaar cel en tbs met dwangverpleging tegen M.

87 kinderen misbruikt

Robert M. werd in december 2010 opgepakt, nadat beeldmateriaal van een van zijn slachtoffertjes in een Amerikaans onderzoek naar kinderporno was opgedoken. M. (28) heeft bekend dat hij 87 zeer jonge kinderen ernstig heeft misbruikt, justitie heeft hem voor 67 gevallen vervolgd.

Voor zijn arrestatie was de uit Letland afkomstige beschuldigde werkzaam in Amsterdamse kinderdagverblijven en als privéoppas.

De rechtbank noemde de door M. gepleegde misdrijven "schokkend". "De verbijstering is groot en zal voorlopig niet verminderen."

Medeplichtig

De man van M., Richard van O., krijgt 6 jaar cel wegens medeplichtigheid. Tegen hem was 12 jaar geëist.

Volgens de rechtbank wist hij wat zijn man uitspookte en heeft hij hierbij een "faciliterende" rol gespeeld.

Van O. in beroep

Erik van Kregten, de advocaat van Richard van O. kondigde na de uitspraak aan dat zijn cliënt in beroep gaat tegen het vonnis. Volgens Van Kregten gaat het om een "genuanceerde uitspraak", maar zitten er elementen in die beroep rechtvaardigen.

Zo gaat de rechtbank er volgens de raadsman ten onrechte vanuit dat Van O. al vanaf 2006 wist dat zijn partner Robert M. stelselmatig heel jonge kinderen stelselmatig misbruikte. Van O. zegt dat hij dit pas vanaf 2009 wist.