Column YW: Tjoening is (not) a crime Wheels
Column YW: Tjoening is (not) a crime
Wheels

Column YW: Tjoening is (not) a crime

Ik ben een redelijk persoon. Mensen mogen van mijn part ketchup eten bij hun frietjes. In mijn ogen een totaal foute keuze maar goed, iedereen zijn eigen smaak. Wat ik dan wel niet begrijp is dat er mensen zijn die hun Peugeot 206 zo willen verbraggelen. Meestal aangepast met foute bumpers, een uitlaat met een diameter van een industriële regenpijp en een “tuning is not a crime” sticker. Steevast heet de chauffeur Kevin -want alle tuners heten Kevin, geen discussie mogelijk – en zit vriendin Kandy fier op de passagierszetel. Waar liep het fout? Het “veredelen van de wagen” is nochtans zo oud als de vierwieler zelf. Vanaf de eerste Ford T van de band rolde was er wel iemand die vond dat het allemaal sneller, beter en mooier kon. Waarom heeft het woord “tuning” dan zo’n vieze smaak in mijn mond?

Na de Ford T duurde het een goede zeventig jaar voor het hedendaagse begrip tuning zijn doorbraak kende. De Japanse autoconstructeurs zaten met hun handen in het haar door de strenge normen omtrent motorinhoud en de –relatief- arme inwoners. Spitsvondigheid was hun oplossing. Dit zorgde ervoor dat Japan overspoeld werd met goedkope scheurijzers. De bevolking van het eiland in het verre Oosten kon dit wel smaken en het duurde niet lang voor er wel een zoon was die vond dat vaders Nissan Silvia iets sneller kon.

Twintig jaar later en de scheurijzers bleven de bochtige bergwegen in Japan domineren. Skyline, Integra, NSX, RX7, 300ZX, S2000, Supra... Allemaal namen die als hemelzoete NOS klinken in de oren. Maakten we daarentegen de oversteek naar Europa, dan vonden we hooguit een paar norse Duitsers die – te dure - wagens fabriceerden. De ideologie van de Europese constructeurs draaide dan ook rond een heel ander thema: “veiligheid, kwaliteit, klasse”. We stapten in Europa massaal af van de achterwielaandrijving en hoewel Saab de grondlegger was van de – in de tuningwereld zo geliefde – turbo, werd hij hier gebruikt om wagens economischer te maken. Probeer maar eens terug te denken aan de jaren tachtig, negentig en geef me één Europese wagen die RWD was, licht, sportief en in dezelfde prijsklasse speelde als de Japanse karretjes. Ouch...

De hoogdagen van Kevin vonden we dan weer in het begin van de 21ste eeuw. Een slimme jongen bij Paramount Pictures vond het wel een goed idee om een film rond tuning een kans te geven. "The fast and the furious" was een gigantisch succes. Zelfs ons Belgenland was in de ban van die glimmende oranje Supra. Spijtig genoeg is de wetgeving in België tot op vandaag vrij streng rond dit thema. Geen engineswaps, aangepaste nokkenassen of turbocharger zonder dat vadertje staat eens flink met de vinger komt zwaaien. Dit resulteerde in een hoop schaap in wolfskleren. Opel Astra’s met het uiterlijk van een DTM-Ready car, maar met een economische 1.7 diesel, overvloedden de parking van grootwarenhuizen. Het geronk van 75 pk sterke supercars weergalmde massaal in de straten...

Waarom ik hier al 488 woorden aan vuil heb gemaakt vraag je? Sindskort worden we weer opgegeild met het nieuws van al die leuke karretjes uit het land van de rijzende zon. Toyota en Subaru bijten de spits af met hun reïncarnatie van de betaalbare sportkar. De GT86/BRZ - Toyobaru zoals ik hem gemakshalve noem - werd over heel de wereld met enorm trompetgeschal verwelkomt. blijkt de globale bevinding “niet krachtig genoeg”. Ook ik had me hier aan laten vangen, tot ik 2 weken geleden iemand met een ronkende Honda CRX voor me aan een rood licht zag staan... Alle betaalbare scheurijzers die ooit uit Japan zijn gekomen waren – relatief - underpowerd maar dat was geen probleem voor de plaatselijke Kevin-San. Hij monteerde er gewoon een turbo op en ging de bergwegen bedwingen. Idem dito met Amerika, daar monteren ze bovenop die turbo nog eens een supercharger, nos en - kwestie om snel rechtdoor te kunnen - 355mm achterbanden. Hier in België is van dit alles geen sprake zonder dat de regering persoonlijk in je gezicht komt spuwen uit plaatsvervangende schande omdat je plezier zou hebben met een goedkope wagen... Daar ligt de oorzaak van de – in mijn oren – vieze connotatie die tuning oproept. Niet zozeer de mensen die er hun tijd en geld in steken geven me kotsnijgingen, wel de regering die elke vorm van deftig aanpassen onmogelijk maakt. Het is een spijtige beslissing, doch begrijpelijk dat ze veiligheid boven plezier zetten. Al kan ik me niet van het idee ontnemen dat mensen die motorisch gezien de waarde van hun wagen verdriedubbelen niet voorzichtig zullen zijn en investeren in een setje betere remmen. Als Kevin toch graag hard rijdt maakt het niet uit of hij met een supercharged S2000 op pad is of met zijn Golf tdi, snel rijden doet hij toch...

De Toyobaru moet hetzelfde lot ondergaan. Net zoals zijn voorvaderen is hij een underpowerd Japanse wagen met veel potentieel. In zijn geboorteland lepelen - of moet ik zeggen stokken? – ze er al lustig V8’en in van lexus , in Amerika zijn al de eerste bedrijven die er turbo’s op zetten. En in Belgie? Laten we stellen dat Toyota en Subaru al hebben geanticipeerd op de ambities van Kevin en er standaard al 2 regenpijpuitlaten en Lexus achterlichten op hebben geplaatst...

____
En wie zich afvraagt waarvoor de "YW" staat in de titel, deze column werd geschreven door de vaste stalker van Autofans: Yves Wouters. Let op, dit is een column en dus een meningsuiting van de betreffende schrijver. Wij bij Autofans.be distantiëren ons van zijn uitspraken.
____

Lees meer autonieuws op autofans.be

0 claps
0 bezoekers

Plaats reactie

666

0 reacties

Laad meer reacties

Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.

Bekijk alle reacties