Goed nieuws voor wie duurzaam wil leven zonder grote verbouwingen: sinds 17 april zijn stekkerzonnepanelen – ook wel plug-inpanelen of balkonzonnepanelen genoemd – officieel toegestaan in Vlaanderen. Je hoeft geen vakman in te schakelen of iets te melden bij de netbeheerder. Dat maakt deze technologie bijzonder aantrekkelijk voor huurders, bewoners van appartementen en iedereen die snel en eenvoudig wil besparen op zijn energiefactuur.
Het principe is eenvoudig: je plaatst het zonnepaneel op een zonnige plek, sluit het aan op een standaard stopcontact, en het begint onmiddellijk stroom te leveren. De opgewekte energie voedt rechtstreeks je huishoudtoestellen, zoals je koelkast, laptop of wasmachine. Je verbruikt dus eerst je eigen zonne-energie, en dat zonder ingewikkelde installatie.
De Vlaamse overheid legt wel een duidelijke grens vast: het totale vermogen van stekkerzonnepanelen per woning mag niet boven 800 watt uitkomen. Die limiet geldt ook wanneer je een bijhorende batterij gebruikt. Zo wordt het elektriciteitsnet beschermd tegen overbelasting en blijven de installaties veilig in gebruik.
Voor een optimaal rendement plaats je de panelen best op een zuidgerichte muur of balkon. Liggingen met minder zonlicht, zoals noordelijk georiënteerde gevels, leveren beduidend minder op.
De panelen kunnen tegen een reling of gevel bevestigd worden. Belangrijk is dat ze bestand zijn tegen wind en weersinvloeden, zodat ze niet loskomen bij stormweer.
Op 17 maart publiceert Synergrid een lijst met gecertificeerde panelen die voldoen aan de veiligheidsvoorschriften. Het is sterk aanbevolen om enkel uit deze lijst te kiezen.
Meer dan 800 watt installeren is niet toegestaan en verhoogt het risico op kortsluiting of brand. Gebruik dus nooit meerdere sets die samen boven dit vermogen uitkomen.
(lees verder onder de afbeelding)
Volgens specialisten kun je de investering in stekkerzonnepanelen binnen vijf jaar terugverdienen. Die termijn hangt vooral af van:
Stel dat je 1.000 euro investeert in een installatie van 800 watt, dan kun je jaarlijks een flink deel van je energieverbruik compenseren. Wie slim omgaat met zijn verbruik – zoals apparaten gebruiken wanneer de zon schijnt – haalt het meeste uit zijn panelen.
Vanaf 17 april 2026 mogen de plug-inpanelen officieel worden geplaatst in Vlaanderen. Of ze meteen ook in fysieke winkels zullen liggen, is nog niet zeker. Wel is het waarschijnlijk dat webshops snel op de trend inspelen. In buurlanden zoals Nederland en Duitsland zijn stekkerzonnepanelen al langer populair. Vlaanderen zal dus vermoedelijk snel volgen. Bovendien verwachten experts dat de prijzen zullen dalen zodra meer fabrikanten zich op deze groeiende markt storten.
Voor wie geen eigen dak heeft of in een huurwoning woont, zijn stekkerzonnepanelen een laagdrempelige manier om toch zonne-energie te gebruiken. Met een beperkte investering kun je zelf bijdragen aan de energietransitie én besparen op je factuur. Het lijkt dan ook een logische stap richting een groenere toekomst.
(Afbeeldingen: Unsplash)
Lees het artikel op de mobiele website