Het Chinese 'robotleger' baart experts zorgen: "Zeker in Amerika zien ze het niet graag gebeuren"

Terwijl veel landen hun aandacht richten op handelsspanningen en veranderende economische verhoudingen, voltrekt zich in de Chinese fabrieken een stillere revolutie. Steeds vaker nemen robots het werk over dat voorheen door mensenhanden werd verricht — een evolutie die de productiviteit verhoogt, maar ook tot bezorgdheid leidt over de mogelijke gevolgen van deze automatiseringstrend.

Een recent rapport van The New York Times werpt nieuw licht op hoe diep de automatisering inmiddels is doorgedrongen in de Chinese industrie. Met een snelgroeiend aantal machines op de werkvloer behoort China intussen tot de meest gerobotiseerde landen ter wereld — zelfs vóór traditionele industriële grootmachten zoals de VS, Duitsland en Japan. Enkel Zuid-Korea en Singapore tellen meer robots per werknemer.

Made in China 2025

China’s opmars naar leiderschap in industriële automatisering is allesbehalve toevallig. In 2015 lanceerde de Chinese overheid het ambitieuze plan Made in China 2025 — een strategische routekaart om de binnenlandse maakindustrie te versterken, onder meer in sectoren als elektrische voertuigen, scheepsbouw en hogesnelheidstreinen. Het doel? Tegen het midden van het decennium zowel de kwaliteit als de prestaties op te krikken. Volgens de staatskrant China Daily was een van de streefdoelen om jaarlijks 100.000 industriële robots te produceren.

Zware zeldzame aardmetalen

Tussen 2022 en 2023 werden er bovendien 267.000 robotwerkers ingezet, aldus de Internationale Federatie voor Robotica. Ondertussen beschikt China ook over een troef op geopolitiek vlak: het land is dominant in de levering van zware zeldzame aardmetalen — cruciale grondstoffen voor geavanceerde technologieën, zoals robotica. Voor Amerikaanse bedrijven, die sterk afhankelijk zijn van deze materialen, betekent dat een stille maar strategisch belangrijke voorsprong voor China in het kader van aanhoudende handelsconflicten.

(Bron: Indy100 - Intropic: YouTube)