Politie telt 83 schietincidenten in 2012

De politie telde tot einde oktober van dit jaar 83 schietincidenten. In heel 2011 waren er 107 en dat is een stabiel gemiddelde. Dat bleek uit nieuwe cijfers die gisteren werden meegedeeld door commissaris Vico Cockx (federale politie) op een studiedag van het vakblad Politeia.

Tegelijkertijd werd dit jaar 139 keer pepperspray gebruikt, 31 keer de telescopische wapenstok en een patrouillehond moest acht keer opzettelijk bijten. Voor heel 2011 waren deze cijfers: 148 pepperspray-incidenten, 39 keer de telescopische wapenstok en 11 bijtincidenten door een patrouillehond.

Dieren

In een kwart van de schietincidenten schieten de inspecteurs op dieren (everzwijnen, herten, reeën e.d.). Cockx: "Daarbij werden vroeger nogal wat fouten gemaakt. Men vuurde meerdere schoten af op één dier, men gebruikte soms een verkeerd wapen. Zo wilde men dan een koe doden met een pistool in plaats van met een geweer. Of men richtte op de kop, terwijl die te klein is en je op het hart moet richten. Dat hebben we nu bijgestuurd".

Voertuigen

Zo'n vijfde zijn waarschuwingsschoten en evenveel zijn schoten op voertuigen. De meeste politiedeskundigen zijn tegen beide soorten schietincidenten en willen ze zoveel mogelijk verminderen. Cockx: "Voor 2000 hadden waarschuwingsschoten in 60% van de gevallen succes. Een dief die ging lopen, bleef staan na zo'n waarschuwingsschot. Maar nu is het succes veel verminderd. Sinds de val van de Berlijnse Muur is er een ander soort daders gekomen".

Alfons Martens (Antwerpse politie) zegde dat waarschuwingsschoten meestal uit frustratie worden afgevuurd. "Soms schieten de inspecteurs van op een afstand van 50 m. Waarschuwingsschoten moeten veel strikter gereglementeerd worden om schoten uit frustratie te vermijden."

Frustratie

Ook schieten op voertuigen werd als "frustratie" gezien. De voorwaarden voor wettige verdediging zijn bijna nooit vervuld. "Als je tijd hebt om je wapen te trekken als een voertuig op je toe rijdt, dan kan je ook wegspringen, zo redeneert het gerecht. Bij een wegvluchtende auto is er doorgaans geen wettige verdediging. Het risico dat je inzittenden treft of dat het voertuig onbestuurbaar wordt als je er op schiet, is te groot en dat weegt niet op tegen de criminelen die gevat kunnen worden. Te meer daar een auto niet gestopt kan worden met een 9mm patroon. Ook hier schiet men vooral vanuit een jachtinstinct", aldus Cockx.

Martens pleitte voor de aanschaf van meer verplaatsbare spijkereggen om dit soort schoten te voorkomen en vluchtende boeven toch te stoppen.

Toevallig

10% van de schoten zijn "toevallig" afgevuurd, bij een fout gebruik van het dienstwapen. In Antwerpen komt dit door een goede opleiding niet meer voor, betoogde Martens.

Nog eens 10% zijn gericht op personen. Cockx: "De feiten wijzen uit dat het dan telkens om één tegenstander gaat, geen groep dus".

Martens: "Hier moet de politieman zeer snel kunnen reageren, meestal gebeurt dit heel onverwacht terwijl alles in beweging is. Onze politieopleiding is daar niet op afgestemd. Als politieman mag je al op straat een wapen dragen als je schiettechnisch 50% van de punten haalt. Dat zegt toch genoeg. De schietopleiding moet grondig hervormd worden: ze is niet meer aangepast, te theoretisch, niet toekomstgericht".

JDW

Archiefbeeld BFM