De 'vakantietruc' waarmee je flink kan besparen op brandstof als je met de auto reist: "Het is een kleine moeite"

Wanneer we met de auto op vakantie gaan, ligt de nadruk vaak op routeplanning, het inpakken van koffers en het zorgen voor voldoende snacks voor onderweg. Wat echter regelmatig over het hoofd wordt gezien, is de invloed van bandenspanning op brandstofverbruik, zeker wanneer de auto zwaarder beladen is dan normaal. Toch is dit een van de eenvoudigste manieren om zowel brandstof te besparen als veiliger op reis te gaan.

Optimale bandenspanning, optimale prestatie

Het principe is eenvoudig. Elke auto is ontworpen om optimaal te presteren bij een bepaalde bandenspanning. Die spanning houdt rekening met het gewicht van de auto, de verdeling van dat gewicht en de rolweerstand die de banden ondervinden tijdens het rijden. Wanneer je auto zwaarder beladen is – zoals vaak het geval is tijdens vakanties met koffers, tenten, fietsen of meerdere passagiers – komt er meer druk op de banden te staan.

Dit zorgt ervoor dat de banden meer indeuken dan normaal. Als de bandenspanning in zo’n situatie niet wordt aangepast, ontstaat er meer wrijving tussen de banden en het wegdek. Die verhoogde rolweerstand betekent dat de motor harder moet werken om dezelfde snelheid te behouden, wat leidt tot een hoger brandstofverbruik.

Autofabrikanten geven spanningswaarden aan

Door de bandenspanning vóór vertrek iets te verhogen naar het niveau dat aanbevolen wordt voor een volledig beladen voertuig, kan dit effect grotendeels worden gecompenseerd. De meeste autofabrikanten geven twee of zelfs drie spanningswaarden aan: één voor normaal gebruik, één voor gedeeltelijke belading, en één voor maximale belading. Deze informatie is meestal terug te vinden op een sticker in de deuropening van de bestuurderskant, aan de binnenkant van de tankklep of in het instructieboekje van de auto. Het verschil lijkt op het eerste gezicht misschien klein – vaak gaat het om 0,2 tot 0,4 bar extra – maar het effect op brandstofverbruik en rijcomfort is aanzienlijk, zeker tijdens langere ritten over snelwegen of bergachtig terrein. (lees verder onder de afbeelding)

Doe het niet zomaar ‘op gevoel’

Niet alleen leidt een correcte bandenspanning tot een lager verbruik, ook de wegligging van de auto verbetert. Een band die te zacht is, kan zorgen voor een slomer stuurgedrag, een langere remweg en minder grip, vooral bij regenachtig weer of op bochtige wegen. Bovendien slijten banden met een te lage spanning sneller en ongelijk, wat kan leiden tot hogere onderhoudskosten op langere termijn. Door de spanning op peil te houden, zorg je dus niet alleen voor een zuinigere rit, maar ook voor een veiligere en meer stabiele wegligging.

Het verhogen van de bandenspanning voor vertrek is een kleine moeite. Bij vrijwel elk tankstation is een pomp beschikbaar waar je de spanning zelf kunt controleren en aanpassen. Wie het liever laat doen, kan ook terecht bij de garage of bandenservice. Wat belangrijk is, is om niet zomaar ‘op gevoel’ de spanning te verhogen, maar de richtlijnen van de fabrikant aan te houden. Een te hoge spanning kan juist weer leiden tot een verminderd contactoppervlak met de weg, wat de grip en het comfort negatief beïnvloedt.

(Afbeeldingen: Unsplash)